Door mensen te stimuleren hun leefstijl aan te passen, en hen daarbij ook echt te helpen, kunnen we diabetes voorkomen
Mag ik u een persoonlijke vraag stellen: hoe gezond leeft u? Als ik mensen spreek uit de grote hindoestaanse gemeenschap die Den Haag rijk is, dan gaat het al snel over eten. Over lekker eten. Over bara, persad, mohanbhog, ladoo, roth, mitha bhaat – en natuurlijk over stevige porties roti, rijst en aardappelen. Heerlijk, absoluut. Maar op z’n tijd. Niet twee of drie keer per week. Want dat is funest voor de gezondheid. Overgewicht en diabetes liggen dan al snel op de loer.
Waar bemoeit u zich eigenlijk mee? Dat is een wedervraag die u mij nu misschien zal stellen. Terecht. Als wethouder voor Zorg, Jeugd en Volksgezondheid balanceer ik tussen individuele keuzevrijheid en de verantwoordelijkheid die wij als samenleving voor elkaar hebben. Zelf ben ik 30 jaar geleden van Suriname naar Nederland gekomen om mijzelf te kunnen ontplooien. Mensen hebben zelf de verantwoordelijkheid om iets van hun leven te maken. Alleen als zij dat niet kunnen, moeten wij hen als overheid helpen. Beide aspecten – zowel de keuzevrijheid als het elkaar helpen – neem ik serieus.
Dat mensen de afgelopen decennia gezonder zijn gaan leven, geldt helaas niet voor alle Hagenaars. De gezondheidsverschillen in onze stad zijn groot. De levensverwachting is in sommige wijken maar liefst 14 jaar lager dan in andere wijken. Vooral wijken met een lagere sociaal-economische status ondervinden dat aan den lijve. Dat is begrijpelijk. Als iemand schulden heeft en zich zorgen maakt of de huur nog wel kan worden betaald, dan voert stress over geldzorgen de boventoon. Gezonde boodschappen en lekker naar de sportschool zijn er dan vaak niet bij. Met een helpdesk voor geldzaken op inmiddels 40 plekken, en heel veel buurtsportcoaches hebben wij als gemeente flink geïnvesteerd om mensen te helpen. Ook zorgverzekeraars investeren, bijvoorbeeld met het introduceren van de Geïntegreerde Leefstijl Interventie. Toch moeten we extra stappen zetten om de gezondheidsverschillen verder terug te dringen. Daarom betrekken we niet alleen medische, maar juist ook sociale en maatschappelijke aspecten bij de aanpak. Samenwerking is daarbij essentieel.
Een mooi voorbeeld van deze aanpak is het programma 2diabeat, waarbij professionals uit het sociale en medische domein samen met inwoners aan de slag zijn gegaan om de groei van het aantal mensen met diabetes type 2 te stoppen. Door mensen te stimuleren hun leefstijl aan te passen, en hen daarbij ook echt te helpen, kunnen we diabetes voorkomen, en de effecten verminderen. In Den Haag zijn we hiermee inmiddels in diverse wijken begonnen.
Dus als ik u binnenkort weer tegenkom, laten we het dan niet alleen over lekker eten hebben – maar over lekker én gezond eten (want die twee gaan echt prima samen!)
Kavita Parbhudayal (VVD) is wethouder Zorg, Jeugd en Volksgezondheid in Den Haag